Vrijstelling van wegenbelasting hoeft u niet zelf aan te vragen. Oldtimers waarvan de eerste toelating ten minste 40 jaar geleden plaatsvond, worden automatisch vrijgesteld van motorrijtuigenbelasting. Deze vrijstelling geldt voor verschillende soorten voertuigen, waaronder personenauto’s, motorfietsen, vrachtwagens, bussen en bestelwagens.

Let op: de vrijstelling is uitsluitend van toepassing bij particulier gebruik. Bij zakelijk gebruik van het voertuig kunnen er afwijkende regels gelden en is het mogelijk dat belasting moet worden betaald.

Een oldtimer verzekeren is altijd verplicht, met uitzondering bij het schorsen van een oldtimer.

Tot 2014 gold in Nederland dat voertuigen als oldtimer werden beschouwd zodra ze een leeftijd van 25 jaar bereikten. Deze voertuigen kwamen automatisch in aanmerking voor volledige vrijstelling van de motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting). Dit beleid veranderde echter in 2014. De nieuwe wetgeving stelde dat alleen voertuigen die 40 jaar of ouder zijn vrijgesteld worden van wegenbelasting. Hierdoor moesten eigenaren van voertuigen tussen 25 en 40 jaar oud, die voorheen van de vrijstelling genoten, opnieuw wegenbelasting gaan betalen. Deze beleidswijziging werd ingevoerd om misbruik te voorkomen en de belastinginkomsten te vergroten.

Vanaf 2028 zal deze overgangsregeling niet meer nodig zijn, omdat tegen die tijd alle voertuigen in de regeling 40 jaar of ouder zijn en automatisch onder de reguliere vrijstelling vallen.

Om in aanmerking te komen voor de overgangsregeling, moet uw voertuig voldoen aan specifieke eisen:

1. Leeftijd
   Het voertuig moet tussen 25 en 40 jaar oud zijn (datum van eerste toelating tussen 1 januari 1984 en 1 januari 1988).
2. Brandstof
   Alleen voertuigen die op benzine rijden, komen in aanmerking. Voertuigen op diesel of LPG zijn uitgesloten van de regeling.
3. Winterperiode
   Tijdens de maanden december, januari en februari mag het voertuig niet op de openbare weg worden gebruikt (stallingsperiode). Het voertuig mag in deze periode wel in een privéruimte worden gestald.
4. Aanvraag
   De regeling wordt niet automatisch toegekend. Je moet deze zelf aanvragen via de Belastingdienst.

Belangrijke aandachtspunten

Het voertuig moet tijdens de stallingsperiode verzekerd blijven, maar het hoeft niet verzekerd te zijn voor gebruik op de openbare weg. Het rijden in de wintermaanden kan leiden tot boetes en het verlies van het recht op de overgangsregeling.

Al in 2012 waren de regelingen omtrent oldtimers aangescherpt: men moest toen al voor een bepaalde klasse oldtimers waarvoor voorheen geen wegenbelasting verschuldigd was toch belasting gaan betalen. Daarnaast verdenkt het kabinet dat een aanzienlijk aantal oldtimers eigenlijk voor dagelijks gebruik aangekocht werden. De oldtimerregeling is daarvoor niet bedoeld en men probeert op die manier enkel wegenbelasting te ontduiken. De regeling is wel bedoeld om vooral liefhebbers van oldtimers tegemoet te komen, immers zij rijden niet dagelijks in hun oldtimer, maar hooguit af en toe in het weekend.

Ondanks alle bezwaren van oldtimerhouders is in 2012 toch de leeftijd voor een vrijstelling van wegenbelasting opgeschroefd naar 30 jaar, dit ging echter wel geleidelijk:

• Bouwjaar 1987: na 26 jaar belastingvrij;
• Bouwjaar 1988: na 27 jaar belastingvrij;
• Bouwjaar 1989: na 28 jaar belastingvrij;
• Bouwjaar 1990: na 29 jaar belastingvrij;
• Bouwjaar na 1990: na 30 jaar belastingvrij.

Hierop kwam het reageerakkoord van Rutte II waarin de vrijstelling van de wegenbelasting voor alle oldtimers afgeschaft werd, wat voor de liefhebbers van een oldtimer met een benzinemotor even slikken, de LPG en diesel regelingen waren namelijk al versoberd. Doordat er enorm veel protesten kwamen na het aankondigen van deze nieuwe bepalingen kwam er een clausule die het toelaat dat er een vrijstelling van wegenbelasting blijft bestaan mits er niet meer dan 30 dagen in gereden wordt. Helaas vond de Tweede Kamer dit onvoldoende, waardoor en na overleg tussen staatssecretaris Weekers en de oldtimerliefhebbers een betere regeling kwam.